Daily Bread | Utrecht | 2009
‘We vinden onze eigen shit gewoon heel vet’
In een oud Volkswagen-busje komt Daily Bread voorrijden. Snel laden Stefan (drums), Chris (basgitaar) en Kimberly (zang en toetsen) hun spullen uit. De versterkers en instrumenten worden de zaal van EKKO binnen gerold, waar zZz al bezig is met een oorverdovende soundcheck. Vanachter z’n drumstel begroet Björn Ottenheim het drietal: ‘Ha schorriemorrie!’ De bands kennen elkaar van eerdere optredens: Daily Bread heeft inmiddels een aantal keer voor de Amsterdammers geopend en als het meezit gaan ze ook met zZz naar België voor een paar optredens. Veel spelen, dat is het doel voor de komende maanden.’ We willen nog heel veel voorprogramma’s doen, zo proberen we mensen een beetje warm te maken en bekend te worden’, vertelt Chris.
Behalve optredens kunnen we nog veel meer van Daily Bread verwachten. Vorige maand maakte de band bekend bij Excelsior te hebben getekend en deze zomer gaan ze de studio in om hun debuut op te nemen. De komende tijd zullen ze eerst demo’s opnemen om te bepalen welke nummers goed genoeg zijn voor het album. Ze zijn kritisch en hebben geen haast. ‘We wilden niet te vroeg een album opnemen, vooral niet het eerste album, want dat is toch het belangrijkste album’, zegt Chris. Maar voor de band de studio induikt wordt er toch alvast een singletje uitgebracht.
Zoetsappig lo-fi bandje
De band is jong, enthousiast en gedreven, net als hun muziek, ‘sexy garage dance’, zoals ze het zelf omschrijven. In korte tijd heeft het trio zich ontwikkeld van een ‘zoetsappige lo-fi bandje’ naar een eigenwijze band met een explosief en vet geluid. Chris: ‘In het begin waren we heel erg fan van lo-fi, van Hospital Bombers-achtige dingen en die kant wilden we ook op. Maar zover is het niet gekomen. We merkten dat als Stefan en ik in de oefenruimte gingen grooven en Kim daar met haar zang overheen ging, het allemaal veel meer ging leven.’ En wat in de oefenruimte goed leek te werken, wordt ook live goed ontvangen. Met stampende grooves die in sneltreintempo voorbij komen weet Daily Bread in een half uur tijd steevast het publiek te overrompelen. Hoe ze dat voor elkaar krijgen is volgens Kimberly wel duidelijk: ‘We vinden onze eigen shit gewoon heel vet. En dat stralen we uit.’
De band heeft door deelname aan de Kleine Prijs van Friesland, het Freesonica-project en de Popronde in korte tijd veel live-ervaring opgedaan. Daarnaast konden ze dankzij de winst van de Kleine Prijs van Friesland een paar nummers in de studio opnemen. Deze nummers kwamen via Hospital Bombers-frontman Jan Schenk terecht bij Ferry Roseboom van Excelsior, die besloot de band te tekenen na een optreden te hebben gezien tijdens de Popronde.
Het succes van de band is niet alleen te danken aan de aanstekelijke sexy garage dance, maar vooral ook aan de professionele instelling van de band. Over alles wordt nagedacht, over de kleding die tijdens de fotoshoot worden gedragen tot en met de opvallende opstelling op het podium. Het uitgangspunt is dat het hele plaatje moet kloppen. Chris: ‘Het belangrijkste is gewoon je shit goed voor elkaar hebben.’ ‘Ja, van de shirtjes tot het busje’, valt Stefan hem bij.
Een goede band wil gewoon z’n eigen ding neerzetten. En als ze niet in de gelegenheid worden gesteld dat plaatje neer te zetten, dan houdt het wat de band betreft gewoon op, zoals met de voorrondes voor de Grote Prijs van Nederland. Het was volgens de organisatie niet mogelijk om op eigen spullen te spelen, waarop de band besloot uit de bandcompetitie te stappen.
Chris: ‘We hebben van begin af aan tegen onszelf gezegd dat we alleen op onze eigen instrumenten en versterkers willen spelen. Vergelijk het met theater, daar gaan de acteurs ook niet ineens in andere kostuums rondlopen. We willen met onze shit op het podium staan en als dat niet kan, dan maar geen optreden.’ Stefan vult aan: ‘Een goede band wil gewoon z’n eigen ding neerzetten.’ Chris: ‘Dat zie je bijvoorbeeld bij zZz en Aux Raus, die hebben iets eigens en dat werkt.’
Do It Yourself is daarbij het credo, van het in- en uitladen van het busje tot en met het in elkaar zetten van pedaaltjes. Chris is een fanatiek knutselaar en bouwt zelf effectpedaaltjes voor zijn basgitaar. De zelfgefabriceerde pedalen spelen ook een belangrijke rol in het schrijven van nummers. Chris vertelt: ‘We beginnen meestal met bas. Dan heb ik een nieuw pedaaltje gemaakt en dat klinkt dan heel tof. In de oefenruimte of op de fiets, komt er ineens een deuntje op in m’n hoofd. Dan weet ik ook meteen hoe ik dat moet spelen op de bas en dat probeer ik dan uit in de oefenruimte.’ Stefan: ‘Of ik heb iets bedacht en dat past dan bij iets waar Chris mee komt. Dat gaat allemaal heel natuurlijk.’ Kimberly: ‘Als het met de bas en drums lekker zit, dan gaan de teksten wel vanzelf. Als dat niet zo is, dan lukt het vaak ook niet. Dat zijn dan van die nummers die we weggooien.’
Chris: ‘Maar we weten van tevoren eigenlijk al hoe het moet klinken en wat voor gevoel het moet geven, zonder dat we daarover hebben gepraat. We zoeken steeds die vibe die in heel veel van onze nummers zit. En het moet allemaal doorlopend klinken om de aandacht van het publiek vast te houden. Stefan: ‘Live merk je ook waar de aandacht van mensen verdwijnt en dat probeer je in nieuwe nummers zoveel mogelijk te voorkomen, zodat het continu interessant blijft.’
Covers spelen
Chris en Stefan volgen de opleiding Pop en Media, maar daar hebben ze tot nu toe niet bijzonder veel aan gehad. Ze hebben toetsen leren spelen en zo hebben ze Kimberly op het orgel leren spelen, maar daar blijft het min of meer bij. Toch is de band ook op managementgebied wijzer geworden, al is het dat hun management docent de bandmanager is geworden. Die waakt er vooral voor dat ze de zaken goed voor elkaar hebben. Voor de rest komt alles uit de band zelf en doen ze alles vooral op hun eigen manier. Chris: ‘De band is zoals Stefan en ik het willen. We zijn eigenwijs, dus we doen het ook op onze manier’. Kimberly: ‘En niet volgens de manier van school.’ Chris: ‘Nee, dan zou het ook niet goed komen met ons.’ Stefan: ‘Dan staan we nog steeds covers te spelen.’
Die avond laat de band weer eens zien dat het maar goed is dat ze geen covers spelen maar gewoon hun eigen ding doen. De pompende basloopjes van Chris knallen uit de speakers en klinken vetter en dansbaarder dan ooit. Stefan timmert met een grote grijns op z’n gezicht de boel bij elkaar en Kimberly maakt de show compleet door van het podium af te springen en met haar krap 1 meter 65 eigenhandig een pit te beginnen. En het publiek zag dat het goed was.